Het duurde jaren voordat ik opnieuw met computers in aanraking kwam. In het eerste jaar van de opleiding CMV op de Ichthus Hogeschool Rotterdam werd ik geconfronteerd met het besturingsprogramma Windows en tot mijn genoegen bleek dit een stuk makkelijker om mee te werken. Mijn enthousiasme ten opzichte van het vak 'Mediavaardigheden', waarin computerprogramma's zoals Word, Photoshop, Powerpoint én het gebruik van internet geïntroduceerd werden, bleef niet onopgemerkt en al gauw werd mij gevraagd om de website van de unit Sociaal Werk te onderhouden. Ik ben nu inmiddels zo'n drie jaar sitebeheerder van deze unit. Mijn interesse wat betreft internet en het feit dat de unit Sociaal Werk erkent dat 'de rol van media in het kader van informatie-uitwisseling, educatie en voorlichting steeds groter wordt en dat kennis over de effectiviteit van mediatoepassingen en vaardigheden in het ontwikkelen en gebruiken van media binnen de beroepspraktijk, behoren tot het onmisbare startkapitaal van de toekomstige sociaal makelaar'1, heeft mij tijdens de opleiding doen focussen op het gebruik van internet bij het behalen van de opleidingsdoelstellingen. Dit kwam vooral tot uiting in mijn stageopdrachten. Mijn eerste stageopdracht bestond uit de restyling van het Ichthusnet2, met als doel zelforganisatie van de studenten van de unit Sociaal Werk te bevorderen door de structuur van de toenmalige website aan te passen. Mijn tweede stageopdracht in dienst van Creápolis Media BV3 bestond uit het ontwikkelen van de website Vluchtweg5 (winnaar van de Silver Globe op het World Media Festival in Hamburg - competition for modern media)4, met als doel draagvlak te creëren voor asielzoekers bij de doelgroep 14-18 jarigen. Aangezien ik als sociaal makelaar, oftewel afgestudeerd
CMV-er, internet wil gebruiken in mijn toekomstige beroep, is het van
belang om te onderzoeken welke mogelijkheden internet biedt in het kader
van agogische dienstverlening; niet in de laatste plaats om me te verantwoorden
tegenover mijn toekomstige opdrachtgevers. Met dank aan Emile van Oosterhout voor de ondersteuning.
Rob Prins
|
|
|
||||||||